Claes Lubbertsz Stam
Claes Lubbertsz Stam,
geb. in 1633 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1658-74,
ovl. te Huijsen; Koptienden Laatste: 1662-58,
, -
CLAES LUBBEN / CLAES LUBBERTSZ
Huizen Koptienden (1658-74 1662-58):
1658-74: v. VADER Lubbert Henricksz 1 Spt 4 cop
1665-27: op VADER Lubbert Henricksz 1 Spt 4 cop
-
ORA-184-3214A001; 17-04-1657: Huwelijkse voorwaarden tussen Claes Lubbertsz geassisteert met Lubbert Hendricksz zijn vader ter eenre, en Bettge Hendricks geassisteert met Jan Bartholomeusz Cop haar voogd mitsgaders Pieter Theunisz haar Oom @
Gerrit Jansz Buijrmr. van Blaricum haar neef ter andere zijde. Bruidegom: Land en goederen. Bruid: o.a. 1/4 part land komende volgens testament van Evert Hendricksz; 1/8 part van een huis gelegen in Blaricum en nagelaten door Willem Teunis .
Een en ander afhankelijk van de pretenties van de huisvrouw van Teunis Jansz op de erfenis van Willem Teunisz
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 81; 06-05-1659: Transportakte; Voor Schepenen tot Blaricum compareerden Pieter Tonisz wonende Blaricum, en Claas Lubbertsz woonachtigh tot Huijsen als man en voogt van Botien Hendricks sijne huijsvrouw; en
transporteerde aen Roel Meeuwisz onse Buijrman een ackertje boulants gelegen over de Laerderwegh in dese gerechte, daar Willem Jacob Jan Harmensz ten suijden en Jan Bartholomeusz Cop ten noorden
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 102; 12-01-1660: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerden Pieter Teunisz voor hem selve en sich sterck maeckende voor Trijntien Teunisz sijne suster, Claas Lubbertsz als getrout sijnde met Botien
Hendricks, Willem Jansz Ebben en Reijer Lubbertsz nomine uxoris en transporteerde aen Sijmon Tonis onse Buijrman een huijs en hofstede gelegen in Blaricum
-
ORA-184-3170; 11-01-1661: Claes Lubbert Heijnen CONTRA Wichert Claesz op oude Naerde
-
ORA-184-3187A318; 15-02-1661: Claes Lubbertsz onse buijrman verclaerde voor f 1.000,- vercocht te hebben aen sijn Vader Lubbert Hendricksz seecker huijs en erve gelegen in het dorp alhier daer 't huijs van de voorn. Lubbert Hendricksz ten
oosten naestaen gelegen. Ende noch voor f 80,- seecker ackertje landt groot 3 / spint gelegen aen de Bierwegh belendet 't weeskint van Claes Jansz Glaeseameceker ten suijden & Timen Willemsz ten Noorden, en voor f 100,- enig huijsraet ..
Lubbert Hendricksz van wege sijn voorz soon te betalen aen Griettgen Lambert tot Naerden als oock aen de Crijschraet der voorz. Stede waaraen Claes volgens respective obligatien schuldich is f 1.600,-
-
ORA-184-3171; 07-05-1669: Jan Perck eijscher contra Jan Gerritsz Backer ende Claes Lubbertsz gedaagde;
Hij concludeert dat de gedaagden gecondemneert sullen werden aen hen eijser op te leggen @ te betalen de somme van veertich guldens over bedongen vraghtloon van hier op Enckhuijsen @ noch van de somme van eenendertich stuijvers acht peningen
over bedongen voer van de paerden, enz
-
ORA-184-3172; 08-04-1676: De weduwe van Tijmen Pietersz Rademaker eijscher Contra De weduwe van Lubbert Rutten gedaagde. Claes Lubbert voor de eijscher concludeert tot betalinge van de somme van 8 gl 16 st ter sake van arbeijtsloon in xxx
-
MOGELIJK: Claes Lubbertsz STAM is een andere persoon !?
-
ORA-184-3172;10-12-1676: + STAM, wel bekent is geweest de persone van Hendrick Lambertsz sone van Lambert Jan Aertsz in sijn leven woonachtich in het voorz dorp, dat hij over eenige Jaren gevaren is na Oostindien En bij aldien hij aldaer sonder
descendente overleden soude mogen sijn, dat hij volgens acte van euterste wille in dat 19-03-1668 gepasseert voor Hendrick Roser ? notaris tot Amsterdam tot erfgelaten heeft nagelaten sijn suster Neeltge Lamberts die jegenwoordich getrout is
met Jacob Abrams woonaghtich alhier voor d'ene helft en sijne verdere susters en broeder voor d'andere helft. Dat mede voor gecompareert is Jan Lambertsz halve broeder van de voorn. Hendrick Lambertsz. Item Claes Lubbertsz Stam als getrout
hebbende BOTTGE Hendricks @ Claes Jan Aertsz mitsgaders Rutger Willemsz als vooghden van 't nagelaten weeskindt Gijsje Lamberts, halve suster van de meergemelte Hendrick Lambertsz, hebben comparanten verclaert last te geven aen voorn Jacob
Abramsz hare swager, om ter Camer van de Oost Indische Compagnie tot Amsterdam enz
-
ORA-184-3228A001; 11-11-1677: + STAM; Jacob Cornelisz (Killewigh) Wigh als erfgenaem van Pietertje Jacobs weduwe van Cornelis Wijchertsz (Killewigh) mitsgaders sigh sterck makende voor de verdere mede-erfgenamen en verclaerde maghtigh
gemaeckt te hebben mitsdesen D:E: Lourens Cnaep als procureur ome sacke waer te nemen tegens Claes Lubbertsz Stam
-
SAGV155.2-3227-blz.47; 30-11-1677: Claes Lubbertsz Stam eijsscher CONTRA Trijntgen Theunis Wed. van zaliger Jan Dircksz gedaagde wegens meer dan 20 jaar gebruijk nevens de kinderen van Willem Jan Ebbesz een seeckere 1,5 Schepel boulandt genaemt
Willem Juttges Acker
-
VOC Opvarenden, Boek: Amsterdam, Pagina 337; registratienr. 5294, Bestemming: Batavia
Claes Lubbertsz van Stam, Overleden, Afkomst: Huijsen, Beroep: Adelborst, Maandbrief: Ja; Schuldbrief: Ja
Begunstigste: Timon Pieters Schram, Afkomst: Heusen, ZWAGER
Gebeurtenis: Vertrek Kamer, zondag 22-12-1680
Gebeurtenis: Aankomst Kaap, 10-05-1681
Gebeurtenis: Vertrek Kaap, donderdag 03-07-1681
Gebeurtenis: Eind Verbintenis, zondag 27-07-1681, Azie
Gebeurtenis: Aankomstondie, zondag 23-08-1682.- Vader:
Lubbert Hendricksz , zn. van Hendrick Lubbertsz ,
geb. in 1599 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1624-45,
ovl. in 1665 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1665-27,
, -
LUBBERT HENRICXSZ / LUBBERT HEIJNDRICKSZ
Huizen Koptienden (1624-45 1665-27):
1624-45: v. VADER Henrick Lubbertsz 1 Spt 4 cop
- op Henrick Lubbertsz: 4 cop
- Situatie: 1 Spt
1630-42: v. Lambert Tijmensz 2 cop
- v. Henrick Tijmensz 4 cop
- Situatie: 1 Spt 6 cop
1628-42: v. Wijchert Hermensz 4 cop
- op VADER Henrick Lubbertsz 2 cop
- v. Jacob Hermensz 1 cop 1/2
Situatie: 2 Spt 1 cop 1/2
1630-42: v. Aert Hermensz 1 cop
- v. Meus Jansz (Molquern) 4 cop
- v. VADER Henrick Lubbertsz 3 cop
- v. Wijgert Hermensz 2 cop
- Situatie: 3 Spt 3 cop 1/2
1632-40: v. Rutger Evertsz 3 cop
- op BROER Jacob Henricksz 6 cop
- v. Lambert Claesz 1 Spt 3 cop 1/2
- Situatie: 4 Spt 4 cop
1635-41: v. BROER Gijsbert Henricksz 2 cop
- op Jacob Lambertsz d'Oude 3 cop
- v. SWAGER Jacob Lambertsz d'Oude 1/2
- Situatie: 4 Spt 3 cop 1/2
1636-41: op BROER
- Lambert Henrick Lubbertsz 2 cop
- Situatie: 4 Spt 1 cop 1/2
1637-40: v. Eelt Jansz Anxsz 1 cop
- v. Lubbert Gijsbertsz 1 Spt
- op Evert Evert Jansz 7 cop
- v. Wijchert Harmensz 1 cop
- Situatie: 4 Spt 4 cop 1/2
1640-37: op Jacob Willemsz 1 cop
- Situatie: 4 Spt 4 cop 1/2
1642-38: op SOEN Lambert Lubbertsz 1 Spt 4 cop
- Situatie: 3 Spt 1/2
1644-31: v. Gerrit Pietersz Jes 2 cop 1/2
- Situatie: 3 Spt 3 cop
1651-31: v. Henrick Pietersz 2 cop
- v. Gerrit Tijmensz 1 cop 1/2
- v. Henrick Lubbertsz 1 Spt 4 cop
- Situatie: 5 Spt 2 cop 1/2
1653-31: v. Tijmen Gerritsz (Vos) 1 cop 3/4
- Situatie: 5 Spt 4 cop 1/4
1654-31: v. Gerrit Jansz Decker 1 cop
- Situatie: 5 Spt 5 cop 1/4
1655-31: v. Henrick Lubbertsz 4 cop
- Situatie: 6 Spt 1 cop 1/4
1658-31: op ZOON Claes Lubbertsz 1 Spt 4 cop
- Situatie: 4 Spt 5 cop 1/4
1659-31: v. Cornelis Jansz Vracht 3 cop 1/2
- op Corn: Corn: Corn: 6 cop
- Situatie: 4 Spt 2 cop 3/4
1660-27: ER STAAT: 4 Spt 3 cop 1/4
- v. Claes Lambertsz 1 Spt
1662-27: Situatie: 5 Spt 3 cop 1/4
- op Cornelis Gerritsz Jacobsz 1 Spt 5 cop 1/2
- op Claes Meusz (Muijs) 1 Spt 5 cop 1/2
- Situatie: 2 Spt 1/4
1665-27: v. Claes Lubbertsz 1 Spt 4 cop
- op Peter Claesz 2 Spt
- Situtie: 1 Spt 4 cop 1/4
- op Hendrick Lubbertsz 1 Spt 4 cop 1/4
-
ORA-184-3186A161; 27-02-1655: Jan Jacobsz Visscher onse buijrman die verkocht aen Lubbert Heijn/Heijndricksz onse mede buijrman een stuck boulant soo groot soo cleijn van outs gelegen Gijsbert Dirck Jansz ten suijden@ Gijsbert Claesz Bout ten
noorden voor f 80
-
ORA-184-3214A001; 17-04-1657: Huwelijkse voorwaarden tussen Claes Lubbertsz geassisteert met Lubbert Hendricksz zijn vader ter eenre, en Bettge Hendricks geassisteert met Jan Bartholomeusz Cop haar voogd mitsgaders Pieter Theunisz haar Oom @
Gerrit Jansz Buijrmr. van Blaricum haar neef ter andere zijde. Bruidegom: Land en goederen. Bruid: o.a. 1/4 part land komende volgens testament van Evert Hendricksz; 1/8 part van een huis gelegen in Blaricum en nagelaten door Willem Teunis .
Een en ander afhankelijk van de pretenties van de huisvrouw van Teunis Jansz op de erfenis van Willem Teunisz
-
ORA-184-3170;10-09-1658: Gerrit Hendricksz buijrman tot huijsen als erfgenaam van zaliger Lambert Hendricksz voor hem selve voorts als last hebbende @ hem sterck maeckende voor Fytus Hendricksz, Ghijsbert Hendricksz, Lambert Hendricksz, Aeltje
Hendricksz @ Timen Jacobsz mitsgaders Hendrick Jacobsz kinderen @ erfgenamen van Jacob Hendricksz ende te samen mede erfgenamen van de voorsz Lambert Hendricksz in de zaak jegens Lubbert Hendricksz mede-erfgenaam van voorgemelte Lambert
Hendricksz
-
ORA-184-3171; 29-09-1665: Op 29-09-1665 compareerden voor Jan Hendricksz en Jacob Cornelis schepenen, Elbert Rutte Ruijn en Lambert Jansz Speelman verzocht zijnde door Lubbert Hendricksz om te getuijgen dat requirant over ontrent 6 weecken
sonder inde precise tijd behaelt te willen sijn, haer versocht had om nevens hem te rijden aen 't schip van Jan Vol, die hen requirant soo als sij seijde verweten hadden dat hij een voorn Jan Vol belast soude hebben water te gieten inde
boeckweijt die de requirant in het schip van de voorsz Jan Vol geladen hadden en dat sulx voor sijn kneght bewijsen soude, Ende na dat hij aen 't voorn schip gecomen waere dat de requirant, de kneght van de voorn. Jan Vol in haeren presentie
heeft afgevraaegt off sij kennis hadden dat sij Lubbert Hendricksz de voorn. Jan Vol belast hadden water te gieten in de boekweijt ende dat de voorn kneght van Jan Vol daer op geantwoordt heeft dat hij daer van niet en wiste presenterende
(3171-08-11-1669: Jan Lauresz alias Jan Vol)
-
ORA-184-3171; 13-04-1666: Lubbert Hendricksz te kennen gevende dat hij vercoght hadt aen Cornelis Gerritsz (Jacobsz) seeckere twee stuckjes lants gelegen in de jurisdictie der Stadt Naerden de eene op 't Naerder Hooch groot ontrent 3 schepel
belendet Evert Willemsz ten Westen en de Weduwe van Elbert Jansz Swart ten Oosten, 't ander achter kemmer bergh groot ontrent 7 spint naest Jan Lambertsz Swart ten zuijden ende Aert Koesz ten Noorden voor f 400 te betalen aan o.a. Baertgen
Hendericks weduwe van Jan Jacobsz Coopal tot Naerden
Zonen van Lubbert Hendricksz: Hendrick Lubbertsz, Lambert Lubbertsz
-
ORA-184-3173; 03-11-1682: Jacob Elbertsz Vos CONTRA Hendrick Lubbertsz als erfgenaam van sijn vader Lubbert Hendricksz, hij concludeert tot betalinge van de somme van f 315 volgens schepenkennisse van d.d. 22-05-1662 enz,
relatie.
tr. in 1657 te Huijsen; 184-3214A001;17-04-1657 Huw.v.w.
met
Betje ( Botje) Hendricks , dr. van Hendrick Teunisz ( Anthoniusz) en Lijsbet Meijns ,
184-3214A001; 17-04-1657: Huw.v.w,
, -
SAGV155.2-ORA-3232, Beeldnr. 99; 09-03-1654: . Schepenen tot Blaricum ... bij desen dat huijden voor ons ghecompareert is Betgehen Hendricks jonghe dochter weesende en nagelaten kindt van Hendrick Anthonisz geprocrieert bij Lijsbet Meijns
ende heeft in onser presentie verclaert alsoo sij tegenwoordigh bij haer moeder en behoud stieffvader Lambert Jan Aertsz in woenende ...
-
ORA-184-3214A001; 17-04-1657: Huwelijkse voorwaarden tussen Claes Lubbertsz geassisteert met Lubbert Hendricksz zijn vader ter eenre, en Bettge Hendricks geassisteert met Jan Bartholomeusz Cop haar voogd mitsgaders Pieter Theunisz haar Oom @
Gerrit Jansz Buijrmr. van Blaricum haar neef ter andere zijde. Bruidegom: Land en goederen. Bruid: o.a. 1/4 part land komende volgens testament van Evert Hendricksz; 1/8 part van een huis gelegen in Blaricum en nagelaten door Willem Teunis .
Een en ander afhankelijk van de pretenties van de huisvrouw van Teunis Jansz op de erfenis van Willem Teunisz
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 81; 06-05-1659: Transportakte; Voor Schepenen tot Blaricum compareerden Pieter Tonisz wonende Blaricum, en Claas Lubbertsz woonachtigh tot Huijsen als man en voogt van Botien Hendricks sijne huijsvrouw; en
transporteerde aen Roel Meeuwisz onse Buijrman een ackertje boulants gelegen over de Laerderwegh in dese gerechte, daar Willem Jacob Jan Harmensz ten suijden en Jan Bartholomeusz Cop ten noorden
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 102; 12-01-1660: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerden Pieter Teunisz voor hem selve en sich sterck maeckende voor Trijntien Teunisz sijne suster, Claas Lubbertsz als getrout sijnde met Botien
Hendricks, Willem Jansz Ebben en Reijer Lubbertsz nomine uxoris en transporteerde aen Sijmon Tonis onse Buijrman een huijs en hofstede gelegen in Blaricum
>